‘Heb je die zelf gemaakt?’ vraagt hij.
‘Jaaah’, zucht ik.
‘Nou, lekkere reclame zeg. Als tekstschrijver ik vindt met -dt schrijven.’
Ja, natuurlijk kan ik wel door de grond zakken.
Altijd hangt er zo’n angst boven m’n hoofd dat er in mijn tekst een fout staat
Zo eentje die echt té dom is. Zo’n fout die schreeuwt Ik ben een slechte tekstschrijver. Mijn vriend kent die zwakke plek én heeft gevoel voor humor. Die kan doodleuk een publicatie van mij lezen en dan met een uitgestreken gezicht zeggen: ‘Gezegd kan toch nooit met een t?’
In de nasleep van de paniekaanval die ik dan heb, denk ik terug aan de overmoedige young professional die ik ooit was
Met een collega lig ik in een scheur om een vastgoedbrochure van de concurrent. Er liggen er zo’n 1.000 gedrukt en wel in dozen. De tekst gaat over ‘lounchen’ op het dakterras. Dít krijg je dus hè, als je geen tekstschrijver inhuurt.
Inmiddels weet ik beter: goede tekstschrijvers maken ook fouten
Ik schrijf, maar wat ik vooral doe is bouwen, schrappen, aanpassen, indikken, al tikkend nadenken… Waar het om gaat is de boodschap zo goed mogelijk overbrengen. De lezer pakken. En in dat creatieve hakken, vallen spaanders. Ook daar leer je weer van.
Daarom bouwt een slimme tekstschrijver controles in
- Tekst af? Doe een dag later een final check voordat je het opstuurt
- Lees je tekst woord voor woord van onder naar boven (echt waar, keer het om!)
- Raadpleeg die dikke Van Dale en Taaladvies.net als je twijfelt
- Schakel een eindredacteur in met oog voor detail (ik vertrouw al jaren op Lilian Eeftink)
Gelukkig definieert één fout nooit de hele boodschap
Tenzij…
Gelukkig kon Tex Mex snel omdenken:
Ach ja, ik heb die -dt fout zelf gemaakt
Hé-le-maal zelf.
Kop op sukkel.
Ik recht mijn rug.
Op naar de volgende foudt.